Energietransitie of niet, aan veiligheid verandert niets

 

Hij werkt al 33 jaar in de energiebranche en is verantwoordelijk voor de veiligheid van de elektriciteits- en gasinfrastructuur van Liander. Met het idee ‘je bent nooit te oud om wat te leren’, dook Erik Rikken in de wereld van waterstof. De energietransitie zorgt voor iedereen in de branche voor de nodige uitdagingen. Erik richt zich vooral op de nieuwe systeemontwikkelingen en hoe we medewerkers daar het beste op kunnen voorbereiden, als het gaat om eindtermen en opleidingen.

Nieuwe materie
Er komt heel wat op ons af, waterstofpilots schieten als paddenstoelen uit de grond. Dat is ook nodig om straks klaar te zijn voor een grootschalige aanpak van woonwijken. “Waterstof biedt kansen in de wereld van duurzame energie. De elektriciteit uit zon en wind kun je opslaan in waterstof. Het mooie daarvan is dat je er gebruik van kunt maken wanneer het nodig is.” Maar waterstof is niet hetzelfde als aardgas. “En dat zorgt ervoor dat we goed moeten kijken hoe we hiermee omgaan. Waar zitten de risico’s? Welke kennis ontbreekt bij monteurs? Het is een nieuwe materie die we ons eigen moeten maken. We kunnen niet meer terugvallen op de jarenlange ervaring die we bijvoorbeeld wel met aardgas hebben opgedaan.”

Meerdere toepassingen
Erik heeft als doel om in 2025 volledig voorbereid te zijn op de grootschalige overstap naar waterstof. “Dat betekent niet dat ik denk dat we straks alleen nog maar waterstof gebruiken om de huizen te verwarmen. Ik zie meer in verschillende toepassingen: in de ene wijk is een warmtenet aantrekkelijk, in de andere kijk je naar waterstof.” We zien dus verschillende nieuwe duurzame systemen opkomen, waar monteurs de komende decennia mee aan de slag gaan. Om de veiligheid te waarborgen is goede opleiding belangrijk.

Maatwerk
“Tot nu toe werkten we in de BEI/VIAG met een opleidingentabel. Je weet precies welke opleiding tot een bepaalde bevoegdheid en aanwijzing leidt. Maar in de transitie naar duurzame energiesystemen verandert de vraag naar scholing. Neem een laadpaalmonteur, officieel mag hij de paal niet aansluiten op het net, dus is hij afhankelijk van een monteur van Liander. Het zou natuurlijk veel efficiënter zijn als hij die handeling wél zou kunnen uitvoeren. Maar daarvoor heeft hij nu nog een volledige opleiding distributiemonteur nodig. Je snapt dat hij daar niet op zit te wachten. We zien graag dat we in de BEI-VIAG afstappen van een tabel met opleidingseisen en overstappen naar een overzicht van benodigde competenties, gericht op een specifieke aanwijzing. Heb je een specifiek stukje opleiding nodig, dan volg je alleen dat onderdeel en kun je aan de slag.”

Om dat te bereiken moet er de komende jaren heel wat werk verzet worden. Want deze aanpak vraagt ook iets van de manier waarop we opleidingen organiseren en lesmateriaal maken. “Ook hier moet een goed plan voor komen en we werken nauw samen met de Stichting BLEI en O&O Opleidingen. Met Stipel zijn we in gesprek over de vraag hoe we kunnen verifiëren dat een kandidaat ook daadwerkelijk over de vereiste competenties beschikt om hem toe te laten voor een persoonscertificaat. Want wat in tijden van de energietransitie absoluut niet verandert is de eis dat het werk veilig uitgevoerd wordt”, besluit Erik.

 

Interview uit 2021 met Erik Rikken, Alliander